Vrijdag 30 september 2011

Vroeg op. Auto in en langs het pompstation. Ik koop twee exemplaren van het Algemeen Dagblad. Thuisgekomen naar pagina zeven. Een mooie foto. Janneke en Guusje stralen voor een spiegel. Een artikel over Haarwensen. Deze organisatie heeft Guusje een pruik gegeven. Ons kleine blonde meisje ziet eruit als een gewoon mooi meisje. Niemand ziet dat ze bovenop kaal is. Dankzij de pruik.

De hele ochtend voelt Guusje zich beroerd. Als ik naar haar kijk, maak ik me zorgen. Niet over de tumor. Wel over de veerkracht van onze dochter. Ze moet volhouden. Ze moet blijven doorbijten. Dat doet ze al zes maanden. Hoe lang kan een meisje van tien volhouden?

Guusje voelt zich niet lekker. Ze is gespannen. Vanmiddag gaan we naar het AMC. Eerst bestralen. Daarna lokale pijntherapie. Het laatste is nieuw. Vandaag de eerste keer. Afgelopen dinsdag is uitgelegd wat de behandeling inhoudt. Het klinkt als science fiction. Het is lastig uit te leggen aan Guusje.

Rond lunchtijd komt er eindelijk een beetje leven in ons kleine blonde meisje. Onderweg naar Amsterdam babbelt ze vrolijk. De tegenstelling met de ochtend is groot.

Bij het AMC aangekomen kruipt Guusje in haar schulp. Zit gebogen in haar rolstoel. Houdt haar knuffels stevig vast. Eerst gaan we naar de afdeling Radiotherapie. Tijdens de bestraling moet onze dochter op een harde tafel liggen. Dat doet zeer. Het personeel wenst Guusje een goed weekend. Twee dagen geen ziekenhuis.

Vervolgens gaan we naar de poli Pijnbestrijding. Daar worden we opgewacht door een vrolijke verpleegkundige. Ze legt Guusje rustig uit wat er gaat gebeuren. Onze dochter blijft het een moeilijk verhaal vinden. Dat is het ook. Het gaat over pluspolen, minpolen, magnetisme en medicijnen die een depot vormen in haar lichaam. Tijdens de behandeling gaat haar lijfje tintelen. De behandeling loopt voorspoedig.

Volgende week elke dag radiotherapie. Op dinsdag en vrijdag daarnaast lokale pijntherapie. Vanmiddag horen we dat er minstens drie tot vier behandelingen van lokale pijntherapie nodig zijn. Pas dan kun je een positief effect waarnemen.

We vragen ons af wanneer we resultaat gaan zien. Van de bestralingen en de lokale pijntherapie. Gaan we überhaupt effect zien van de behandelingen? Wordt de pijn echt minder? We moeten afwachten. Kun je nog wel geduld hebben na een half jaar? We zullen wel moeten. We hebben geen keus.

’s Avonds ligt Guusje op de bank voor de TV. Ze voelt zich beroerd. Eten is daardoor lastig. Wel belangrijk. Ze moet goed eten. Ze mag niet afvallen. Daar werken we aan. Goed eten is belangrijk. Dat lukt niet altijd. Zeker niet als Guusje zich misselijk voelt.