Zondag 17 juni 2012

De deur van onze slaapkamer is dicht. Ik lig alleen in bed. Buiten de deur hoor ik stemmen. Dadelijk komen Yvonne en de kinderen binnen. Met z’n allen in het grote bed. Ik zit rechtop. Het duurt lang voordat de meute binnenvalt. Vorig jaar was Guusje er nog bij. Ik voel mijn tranen hoog zitten. Pak het hartje aan mijn kettinkje vast. Kus het en zeg zachtjes: ‘Papa denkt aan je.’

Het is Vaderdag. Waarom zijn dagen als deze zo zwaar? Omdat ze vroeger zo mooi waren. Samen in ons gezin. Samen met onze kinderen. Nog meer dan op andere dagen word ik vandaag geconfronteerd met het missen van Guusje. Feestdagen worden treurdagen. Dat wil ik voorkomen. Ik wil dat het gezellig is. Zeker voor onze kinderen. Toch heb ik weinig te willen. Emoties gaan met me op de loop.

Zo zit ik met vochtige ogen te genieten van vijf kinderen op ons bed. Loes zit naast me. Ik pak haar stevig vast. Haar cadeau is zelfgemaakt: een iPhone uit het stenen tijdperk.


Onze oudste dochters Janneke en Lisa gaven hun cadeau al op Moederdag. Een hoesje voor de iPhone van nu. Met een foto van Guusje en mij.


Tot slot onze jongens. Hans en Anton geven een mannencadeau: aftershave en douchegel.




Ik realiseer me dat ik niet de enige ben voor wie Vaderdag een dag van gemis is. Er zijn meer vaders die een kind missen. Er zijn ook mensen die een vader missen. Zo is een feestdag voor velen een treurdag.


’s Middags geeft Janneke haar examenfeest. Familie en vrienden. Het wordt niet laat. De meeste feestgangers zitten in 5-vwo. Midden in de proefwerkweek. De drank blijft daardoor vooral in de fles.

Aan het einde van de middag een boswandeling. Samen met Yvonne, Anton en Loes. We parkeren de auto. De ijscoman staat aan de bosrand. Ik trakteer op ijsjes. We lopen samen door de bossen. Anton en Loes klimmen in bomen. Ze hollen van heuvels af. Ik geniet van hun plezier. Juist dan steekt het verdriet ineens de kop op. Het besef dat Guusje ontbreekt. Vaak op momenten van samen gelukkig zijn. Een dubbel gevoel.

Ook Loes mist Guusje. Ze praat vaak over haar zus tijdens de boswandeling.

Loes: ‘Hier sleeden we samen met Guusje de berg af, mam.’
Yvonne: ‘Dat weet ik nog goed. Jullie maakten veel ruzie.’
Ik: ‘Daar zijn foto’s van. Guusje kijkt chagrijnig. Op elke foto.’

Momenten van ruzie tussen kinderen worden herinneringen van gezinsgeluk samen.

Na het avondeten ga ik op bezoek bij mijn ouders. Het is immers Vaderdag. Even samen met papa. Het hoort erbij. Zolang het kan.