Bijna tijd om te
vertrekken naar kantoor. Ik kijk thuis op de iPad of er nieuws is over Marnix.
Hij was op 30 oktober Guusjes buurjongen. Binnenkort zal hij net als Guusje wegvliegen
naar een andere werkelijkheid. Niemand weet wanneer.
Als ik in de auto zit, zet
ik de radio uit. Geen getetter aan mijn hoofd. Ik denk aan eind oktober. Het
ging allemaal zo snel. Zeven maanden ziek werd afgesloten met de dood.
Onverwacht.
Op 31 maart 2011 kreeg
Guusje de diagnose kanker. Zeg je kanker, dan denk je dood. De angst om Guusje
te verliezen. Elke minuut van de dag in mijn hoofd. Ineens zat ik niet meer
achter het stuur. We hadden een afslag genomen. Ik was de controle over mijn
levensweg kwijt. Niet een beetje maar totaal. Geen blik meer op de horizon. Geen
zicht vooruit.
Verlies van controle. Mijn
leven niet meer van mij. Bijna niets naar mijn hand kunnen zetten. Eerst de
kanker en daarna de dood. Ik krijg het niet meer uit mijn hoofd.
Ik creƫer nu tijd in mijn
agenda door parttime te gaan werken. Een beslissing die ik bewust neem. Zo pak
ik langzaamaan de controle weer terug over mijn levensweg. Terug achter het
stuur. Maar wel op een baan waarop ik nooit had willen rijden.
Halverwege de middag ben
ik thuis. Van plan om door te werken. Eerst pak ik een kopje koffie. De deurbel
klinkt. Loes doet open. Ze neemt een grote doos in ontvangst. Er staat
opgeschreven: te openen op 30 augustus. Dat is morgen. Onze kinderen willen
niet wachten, maar dat gaan we wel doen.
De zon schijnt uitbundig.
Bijna 4 uur en de temperatuur is 25
graden. Ik krijg ineens zin om met Loes en Anton naar de Efteling te gaan. Daar
hebben die twee wel oren naar.
Is dit mijn nieuwe levensweg?
Ben ik veranderd? Het antwoord is ‘ja’. Vroeger zou ik thuis meteen aan het
werk zijn gegaan. Tegenwoordig geniet ik meer van mooie momenten. Nu is nu en
pluk de dag.
Na het avondeten laat ik
samen met Yvonne de hond uit. We praten over het terugpakken van de controle
over ons leven. Bewuste keuzes maken. Zoals vanmiddag even met de kinderen naar
de Efteling.
Yvonne vertelt dat ze
vanmiddag de poort hoorde klapperen. Ze keek op en dacht in een flits Guusje te
zien op haar skeelers.
Op onze nieuwe levensweg reist Guusje mee.
Op onze nieuwe levensweg reist Guusje mee.