Zondag 1 januari 2012

Ik word om 11 uur wakker. Te laat om nog bij mijn vader op bezoek te gaan. In het verzorgingstehuis wordt om 12 uur de soep al opgediend. Ik kijk op Twitter. Veel felicitaties met het behalen van de titel Twitteraar van het Jaar. Mensen zeggen vaak dat de maatschappij tegenwoordig hard is. Ze roepen dat social media als Twitter en Facebook mensen van elkaar verwijderen. Ik ervaar het tegenovergestelde. Veel menselijke warmte. Veel nieuwe contacten. Zeker met lotgenoten. Kijk naar de manden onder Guusje’s gedenktafel. Meer dan duizend kaarten naar aanleiding van Guusje’s overlijden. Vooral dankzij Twitter en Facebook.


Yvonne en ik maken na het ontbijt een boswandeling. Daarna familiebezoek. Eerst mijn moeder. Daarna mijn vader. Tot slot nieuwjaarsreceptie van Yvonne’s familie in Oisterwijk. Een huis vol mensen die met ons meeleven. Op de terugweg zegt Yvonne dat het fijn is dat ik een blog heb. Uitleg over Guusje’s ziekte en overlijden is niet nodig. Iedereen kent het verhaal. Mensen stellen vragen over wat ze gelezen hebben op het blog. We ervaren geen nadelen. Enkel voordelen.

Onze kinderen zijn thuis gebleven. Ze hebben een luie nieuwjaarsdag en weinig zin in familiebezoek. Na het avondeten ga ik naar boven. Mijn werkgever is gehuisvest een groot glazen gebouw langs de A2. Even uitzoeken hoe ik daar ga komen. Mijn mailbox loopt over. Ik beantwoord enkele mailtjes, maar besluit al snel om te stoppen.

Morgen ga ik aan het werk. Na lange tijd weer vroeg op. Niet om de kinderen naar school te brengen. Om half 9 heb ik afgesproken met een collega. De hele dag introductieprogramma. Ik hoop dat ik mijn aandacht erbij kan houden. Nu eerst een avond relaxen.

Terwijl ik op de bank zit, ga ik toch piekeren. Ik kijk op Twitter. Ik lees tweets van ouders die een kind hebben met kanker. Ik voel angst in hun woorden. Ze leven tussen hoop en vrees. De angst om hun kind te verliezen. Ik ken die wereld. Ik heb er geleefd. Even later lees ik de volgende tweet:

Geen tragedie zo groot als de dood van je kind
Het wordt nooit meer zoals het was

Ik krijg heimwee naar de wereld van hoop en vrees. Ik leef nu in een wereld zonder Guusje. Geen vrees meer voor de dood en daarom ook geen hoop. Helaas. Alles beter dan deze wereld. Onze wereld zonder Guusje.