Wat doen we met Guusjes
bed? Afbreken of laten staan? Yvonne zei een jaar geleden dat ze er niet aan
moest denken dat iemand anders in Guusjes bed zou slapen.
Vroeger zou ik gezegd hebben
dat afbreken van het bed logisch is. Niet blijven hangen in het verleden. Het
leven gaat door. Tegenwoordig denk ik anders. Guusje is er niet meer. Ik mis
haar. Elke dag weer. Haar bed is een tastbare herinnering. Die heb ik graag bij
me.
Er zijn veel ouders van
een overleden kind die de slaapkamer niet veranderen. Twintig jaar later stap
je de kamer binnen van toen. Bed, bureau en posters. Alles zoals het ooit was.
Ik kan het me voorstellen. Ik zou het graag willen. Guusjes slaapkamer
behouden. Voor altijd zoals het was.
Yvonne en ik hebben nog meer kinderen dan alleen Guusje. Die hebben ook wensen. Daaraan wilden we graag tegemoet komen, maar dan moest Guusjes kamer verdwijnen. Een kamer veranderen en de herinnering behouden. Het lijkt een tegenstrijdige opdracht. Toch denken Yvonne en ik dat we erin zijn geslaagd.
Eerst hebben we foto’s
gemaakt van de slaapkamer. We hebben het beeld van Guusjes kamer voor altijd
vastgelegd. Daarna zijn we gaan opruimen. Niets is zo moeilijk als spullen
weggooien die van Guusje zijn geweest. Dat hebben we dan ook niet gedaan. We
hebben alles een nieuwe plaats gegeven.
Elke ochtend kijk ik
vanuit ons bed naar Guusjes schilderijen. Op de overloop zie ik haar schoenen.
Op een kastje haar hoed. Tastbare herinneringen kom ik overal tegen. Daar
waar het goed voelt voor ons. Ook Guusjes bed is nog steeds aanwezig. Daarin
slaapt haar grote broer.