Yvonne en ik
moeten eerst nog enkele sinterklaasinkopen doen. Daarna lopen we binnen bij
Bruna. We willen heel graag met eigen ogen zien hoe Guusje in de Libelle staat.
Eigenaar Frank heeft een bord op de balie staan. Hierop is te lezen dat Guusje
deze week in Libelle staat en dat vanaf 17 december het boek te koop is. Het
voelt goed en tegelijkertijd ook vreemd. Onze dochter. Mijn boek.
Als ik thuiskom,
lees ik een sms op mijn telefoon. Ik had mijn vader om half 11 op moeten halen
in het ziekenhuis. Het is al bijna 11 uur. Hoe is dit mogelijk? Hoe kan ik
zoiets belangrijks vergeten? Ik bel naar het ziekenhuis. Snel bellen kan ik
wel. Snel iemand aan de lijn krijgen is niet zo makkelijk. Als ik de juiste
persoon aan de lijn heb en mijn excuses heb gemaakt, spreken we af dat ik om
half 1 in het ziekenhuis zal zijn om vader op te halen.
Janneke komt
thuis. Ik eet een boterham en drink koffie. Janneke heeft een herkansing
gemaakt van een schoolexamen. Daarna mocht ze naar huis. Ze biedt aan om haar
opa, mijn vader, mee te gaan halen. Dat is fijn. We rijden vlakbij het
ziekenhuis. Janneke zegt ineens: ‘Wij hadden opa’s rolstoel toch op moeten
halen.’ Ik schrik. Ook al vergeten. Wat is er toch met mij aan de hand. Dit is
zo ‘niet ik’.
Dan maar een
leenrolstoel. Als ik aankom bij de kamer, blijkt dat vader nog niet heeft
gegeten. Daar heb ik geen trek in. Als mijn vader gaat eten, dan duurt dat
makkelijk drie kwartier. Ik wil hem meenemen. De verpleging heeft geen tijd
voor de overdracht. Ze moeten eerst nog van alles doen. Ik maak de dame
duidelijk dat ik geen tijd heb om te wachten. Ik gedraag me anders dan vroeger.
Dit is zo ‘niet ik’.
Een uur later
komen we aan bij het verzorgingscentrum waar mijn vader tijdelijk gaat logeren.
Hij is niet in staat om terug te keren bij mijn moeder. Wel jammer. Mijn ouders
gaan beiden hard achteruit de laatste jaren. Acht jaar lang ging ik elke avond
bij ze langs. Eind maart verloor ik mijn ouders uit het oog. Toen werd ik
meegezogen in de stroomversnelling van Guusje’s ziekte. Ik heb het gevoel dat
ik daar nog steeds in zit.
De vormgevers
sturen de omslag op. Een spannend moment. Ook hierover ben ik tevreden. Er
worden drie alternatieven toegestuurd. Kunnen we kiezen. Er moet nog wel een en
ander worden gewijzigd, maar dit gaat echt heel mooi worden. Veel mensen hebben
mij al gevraagd wat de titel is. Deze weet ik natuurlijk wel, maar voorlopig
noem ik het nog even ‘KanjerGuusje Het Boek’.
Thuis loop ik
samen met Yvonne weer bij Bruna binnen. Guusje prijkt met een grote foto in de
Libelle. Prachtig maar ook heel confronterend. Ik merk aan Yvonne dat ze heel
erg geraakt is. Thuis lees ik snel het stuk door. Wel jammer dat de redactie de
laatste zin van het onderschrift heeft veranderd. Nu lijkt het of Stichting
KanjerGuusje geld aan ziekenhuizen schenkt. Dat is niet het geval. We hebben
vijf duidelijke ‘projecten’ waarop we ons richten. Een voorbeeld hiervan is de
KanjerKetting.
Rondom het
avondeten hebben onze kinderen het weer druk met sinterklaas. Onze jongens
moeten een cadeautje kopen voor surpriseparty bij scouting. Een cadeautje dat
geschikt is voor jongens en meisjes. Ze komen terug. Een van de heren heeft
iets gekocht dat alleen geschikt is voor jongens. Yvonne vraagt of hij de
kassabon heeft. Helaas, die heeft hij niet aangenomen. Wat nu? Wil hij het dan
zelf houden? Zijn antwoord is neen. Vindt hij het zelf niet leuk om te hebben?
De hele avond zit
ik boven. Ik lees het boek. Breng kleine correcties aan. Hoewel het blog de
basis is en veel teksten intact zijn gebleven, leest het nu echt als een
doorlopend verhaal. Ik ben ook tevreden over de toevoegingen die ik later heb
aangebracht.
Vanavond beleef ik
opnieuw de periode van eind maart tot begin juni. Ik realiseer me steeds meer
dat we eind maart door het onheilsbericht over de tumor een stroomversnelling
in zijn geduwd. Wat heeft Guusje veel meegemaakt!