‘Ik heb een goed
idee’
‘Wat dan?’
‘Als we nou eens van
Guusje een pop laten maken?’
‘Hoe bedoel je?’
‘Bij een
speelgoedwinkel.’
‘Hoe kom je bij
dit idee?’
‘Heb ik gedroomd.’
‘Stak jij bij de
leuke dromen je hand op?’
‘Ja, samen met nog
twee andere kindjes.’
‘Waarbij hoort de
droom dat er van Guusje een pop werd gemaakt?’
‘Bij de leuke
dromen’
Loes vertelt dat
ze vaak leuk droomt over haar overleden zus. Een enkele keer slechts eng. Uit
ons gesprek maak ik op dat Loes in haar hoofd veel bezig is met Guusje. Als we
thuis komen, gaat ze in de woonkamer op de bank zitten met de iPad. Ik ben in
de keuken en hoor muziek van Guus Meeuwis. Deze is afkomstig van de iPad.
‘Waar kijk je
naar?’
‘Filmpjes van
Guusje.’
‘Waar heb je die
gevonden’
‘Ik heb
KanjerGuusje ingetikt op de iPad’
In ons gezin is iedereen druk met Guusje. Niet alleen Yvonne en ik. Ook onze kinderen. Ze missen hun zusje. Elke dag opnieuw. Ik vraag me af of de buitenwereld dit beseft. Ook de mensen in onze directe omgeving. Ik vermoed van niet. Zeker als ik terugdenk aan mijn eigen gedrag. Ik had nooit in de gaten dat de impact van verlies zo overweldigend is.
Aan het eind van
de middag stappen Yvonne en ik naar binnen bij restaurant De Lakei. Loes is
meegelopen. Aan de bar is het drukker dan verwacht. Dit zijn de leveranciers en
vrijwilligers die afgelopen week hebben geholpen om van het ‘Dineren voor
KanjerGuusje’ een succes te maken. Ze zijn allemaal verzameld voor de officiĆ«le
uitreiking van de cheque.
De eigenaars van
restaurant De Lakei maken het spannend. Als iedereen staat opgesteld voor de
foto en maar liefst twee fotografen met camera’s in de aanslag staan, tonen ze
de cheque met het bedrag: 2.750 euro! Er worden veel foto’s gemaakt. Pas daarna
kan ik losgaan. Ik ben dolenthousiast. De wijze waarop iedereen heeft
meegewerkt om van deze actie een succes te maken is hartverwarmend.
Ik denk terug in
de tijd. Hoe zou ik het zelf hebben gevonden? Iemand bellen die een tijdje
terug zijn kind heeft verloren. Moeilijk. Ik zou niet hebben gebeld. Waarom?
Omdat ik het eng vond. Nu weet ik beter. De dood
hoort bij het leven. Laten we er maar niet moeilijk over doen. Gewoon over
praten. Vroeg of laat krijgen we er allemaal mee te maken. Dat is doodnormaal.