Zondag 1 april 2012

Lekker lang uitslapen. Ik kijk naar de wekker. Wat deed ik vorig jaar op dit moment? Ga ik dit de hele dag doen? Op elk moment zoeken naar een herinnering aan vorig jaar? Om half 11 kwamen we het AMC binnen. Yvonne en Guusje met de ambulance. Ik met de auto. In het boek noem ik de periode die vandaag begon ‘De Poort’. We stapten door de liftdeuren van F8 Noord. Dit is de afdeling Kinderoncologie van het Emma Kinderziekenhuis AMC. De poort naar de wereld van kinderen met kanker.

Meestal maken we na het ontbijt op zondag een boswandeling. Vandaag niet. Tijdens ons weekendje Landal begon ik te lezen in ‘Ze zeggen dat het overgaat’. Daarna geen letter meer gelezen. Geen tijd. Altijd druk. Vandaag het boek uit. Dat is mijn streven.

Ik nestel mij met boek in de hoek van de bank. Na een half uur komt Loes beneden. Haar hand beweegt automatisch naar de knop van de televisie.
‘Ik denk het niet.’
‘Maar ik wil televisie kijken.’
‘En ik wil lezen. Zonder die irritante stemmetjes.’
‘Mag ik dan op de Wii?’
‘Zonder geluid.’
Ik lees verder. Loes zit op een bankje.
‘Komt er nu geluid uit die afstandsbediening?’
‘Dat heet een controller, pap.’
‘Een sprekende afstandsbediening?’
‘Dat geluid kan ik niet afzetten.’
Ik geef het op, maar ik blijf wel beneden zitten. Ik ga niet op mijn vrije zondag aan mijn bureau zitten. Het is geen werk. Ik stoor mij aan het geluid van het spelletje. Een computerstemmetje dat steeds zegt dat Loes het geweldig doet. Op mijn werk zit ik in een zogenaamde kantoortuin. Ik kan me goed afsluiten voor collega’s. Voor mijn kinderen vind ik lastig.

Het boek vind ik interessant. Rouwperiode is volgens de schrijvers geen handige term. Suggereert dat er een einde is aan rouw. Alsof ik terug zou kunnen keren in mijn leven zoals het was, voordat Guusje overleed.

Een jaar geleden betrad ik de wereld van kinderen met kanker. Zeven maanden later de wereld van overleden kinderen. Het zijn werelden die je nooit meer verlaat. Guusjes kanker en haar dood zijn onderdeel van mijn leven. Steeds zullen ze om aandacht vragen. Een continu proces met een open einde.

Rouw is geen tijdelijke periode waarna je weer teruggaat tot de orde van de dag. Leven zonder Guusje is een uitdaging: de balans vinden tussen missen en doorgaan. Integreren van die twee in mijn eigen persoon.

’s Middags naar Berry en Mieke. Ze zijn met kerst verhuisd. Voor de eerste keer gaan we op bezoek in hun nieuwe huis. Mieke is jarig. Het is druk. We praten over Guusje. Over vorig jaar. Ook de andere kinderen komen voorbij. Kijken naar vandaag en naar hun toekomst. Missen en doorgaan komen samen in de gesprekken. Voor mij voelt het goed. De juiste balans.

Na het avondeten maak ik een boswandeling. Alleen. Veel in gedachten bij vorig jaar. Mijn dwaaltocht door het AMC. Yvonne en ik hebben het er vaak over gehad. Ik was de weg kwijt. Niet alleen figuurlijk. Ook letterlijk. Later die avond een gesprek met artsen. De eerste bevindingen. Ons leven was niet meer van ons. Hoe voelde ons leven dan?

Ineens woedt er orkaankracht
op de open zee
we dansen als een speelbal op de golven mee
en ik zou je willen redden
maar de zee heeft overmacht

(uit: Guus Meeuwis – Haven in zicht)