Het voelt zoals ik
gisteren beschreef. Balanceren tussen doorgaan en terugkijken. Doorgaan in de
praktische werkelijkheid van vandaag. Terugkijken naar de gebeurtenissen op
dezelfde dag een jaar geleden. Het is overigens niet gewoon terugblikken. In
gedachten komen soms emoties boven. Ik heb het idee dat het me aardig lukt om
een evenwicht te vinden tussen 2 april vandaag en 2 april een jaar terug.
Het is druk met
e-mails, tweets en facebookberichten. Ik heb er weinig tijd voor. Mijn werk
eist focus. Wel pak ik om half 9 ’s avonds mijn tas in: KanjerKetting, poppen
van Chemo-Kasper en Radio Robbie, portacath en boeken KanjerGuusje. Ik ben
gevraagd een lezing te verzorgen voor EHBO-vereniging Damiaan. Het is druk in
de zaal. Ik vertel over de wereld van kinderen met kanker. Een voor
buitenstaanders onbekende wereld.
Iemand vroeg me
laatst waarom ik steeds de term ‘wereld’ gebruik. Ik zal proberen het uit te
leggen. Toen Yvonne en ik een jaar geleden verbleven in het Emma
Kinderziekenhuis, hadden we contact met mensen thuis. Iedereen wilde ons
helpen. Toch ervoeren we onbegrip. Wederzijds. We begrepen elkaars situatie
niet. Yvonne en ik waren terecht gekomen op een onbekende planeet. De wereld
van kinderen met kanker. Een voor ons nieuwe wereld. Later gebeurde het opnieuw.
Toen Guusje overleed. Weer een ander planeet. Weer een nieuwe wereld. De wereld
van het overleden kind. Door praten kunnen we het onbegrip doorbreken. Lukt
natuurlijk nooit helemaal. Denk maar terug aan mijn eigen ‘ik’. Ik was vaak vol
onbegrip en niet altijd bereid me te verdiepen in de situatie van anderen. Soms
denk ik wel eens, wanneer ik kritiek heb op anderen: de pot verwijt de ketel
dat hij zwart zit. Heel zwart soms.
’s Avonds laat
constateer ik dat mijn mailbox uitpuilt. Geen tijd om ze te beantwoorden. Wel een
fijn gevoel: medeleven. Het voelt zo
goed.