Zondag 24 juni 2012

Eindelijk een dag zonder afspraken. Om half 12 kom ik mijn bed uit. Anton is al de deur uit voor een dagje Efteling. Ik heb nog tegen hem gezegd dat het regent en niet zo’n beetje. Waarschijnlijk de hele dag. Toch is hij vertrokken. Als ik hem bel of de hond eten heeft gehad, hoor ik op de achtergrond veel gelach. Het slechte weer kan de pret niet drukken.

Een zondag vol regen. Wij blijven thuis. Yvonne hoort dat Lisa in Friesland nauwelijks aan zeilen toekomt. Het waait te hard. Het lijkt wel herfst. Loes speelt in haar eigen wereld. Een mama met kinderen. Wel een moeder die de hele tijd zingt en danst op vrolijke muziek van Guus Meeuwis. Ik denk aan Janneke en Lisa. Die speelden op dezelfde wijze. Verzonnen hele verhalen samen. Loes mist haar maatje. Ze heeft al vaker aangegeven dat het met Guusje leuker was. Ik zit in de keuken. Ik hoor Loes praten. Ik mis de stem van Guusje. Twee meiden die samen spelen. Samen lachen. Samen ruziën.


Mama Loes leest haar kinderen voor

De hele middag ben ik druk met kaartjes schrijven, mailtjes beantwoorden en post opruimen. Pas tegen 5 uur kan ik doen waar ik echt zin in heb: lezen. Na het avondeten is het droog en maak ik een boswandeling. Tijd om even rustig na te denken. Nog enkele weken dan gaan we op vakantie. Onze kinderen willen naar Spanje. Vier jaar geleden dat we daar voor het laatst naar toe gingen. Onze laatste lange vakantie samen. Natuurlijk gaat het gezellig worden in Spanje, maar wel zonder Guusje. Ook haar favoriete vakantieland. Hoe zal het voelen zonder haar?

Als ik de bossen uitloop, begint de zon te schijnen


Voor mij is vakantie vooral luieren en lezen. Vanavond voelt al een beetje zo. Yvonne en Janneke kijken een detective. Ik pak een boek. ‘Verlies’ van Cornald Maas is een verzameling interviews over dierbare overledenen. Ik word getroffen door de moeder van Frédérique Huydts die zegt: ‘Ze zou het niet fijn vinden als ik het bijltje erbij neer zou gooien. En toch denk ik wel eens: hier op aarde zit ik verder mijn tijd uit, want ècht leuk wordt het nooit meer.’ Moeder mist haar twee kinderen. Ze zijn beiden dood. Ik heb nog vijf levende kinderen, maar vraag me ook wel eens af: zou het nog ècht leuk worden?