Donderdag 13 september 2012

Dinsdag gaf ik een gastcollege aan verpleegkundigen in opleiding in Eindhoven. Vandaag in Tilburg. Daarna ga ik snel aan het werk. Het is een lange dag. Onderweg avondeten. Na 9 uur ben ik thuis en beantwoord enkele werkmailtjes. Morgen geen werk. Voordeel van parttime.

Vaak wordt mij de vraag gesteld of ik het niet erg confronterend vind om steeds het verhaal over Guusje te vertellen. Of bijvoorbeeld het blog over Marnix te volgen. Het is een goede vraag. Anderhalf jaar geleden zou ik deze misschien ook hebben gesteld. Ik heb lang moeten nadenken over een antwoord. Soms is gevoel lastig in woorden uit te drukken.

Acht jaar geleden overleed mijn opa. Enkele maanden na zijn dood dacht ik nog af en toe aan hem. Mooie herinneringen. Ik had er vrede mee. Guusjes dood beleef ik anders. Haar overlijden houdt me al meer dan tien maanden bezig. Guusje is elk uur van de dag in mijn gedachten. Ik kan er geen streep onder zetten. Ze is aanwezig. Ook na haar dood. En daarom is het natuurlijk om over haar te praten. Soms komen de emoties naar boven. Bijvoorbeeld als ik over haar sterven vertel of wanneer ik over de laatste uren van Marnix lees. Ik wil er niet voor weglopen. Het verdriet hoort bij mijn leven.