Woensdag 21 november 2012

Gisteravond was ik te moe om een blog te schrijven. Ik viel om van de slaap. Voordat ik begin met werken besluit ik mijn dagbericht over gisteren te schrijven. Ik wil altijd zo dicht mogelijk tegen de emotie van de dag zitten. Daarom blog ik bij voorkeur aan het einde van de dag.

Ik werk de hele dag. ’s Morgens thuis en ’s middags op kantoor. Het aantal ongelezen e-mails begint op te lopen. Een teken dat ik het druk heb. Slechts enkele berichtjes krijgen mijn aandacht. Bijvoorbeeld reacties op mijn lezing van gisteravond in Zuid-Limburg.

Na het avondeten ga ik naar RenĂ©. Hij helpt me bij het opnemen van de luisterversie van KanjerGuusje. Het schiet nog niet erg op. We zijn pas op de helft. We spreken af dat we vaker de studio in moeten, als we het luisterboek nog voor de jaarwisseling uit willen brengen. Na het voorlezen realiseer ik me dat er toch wel erg veel gebeurd is tijdens de ziekteperiode van Guusje. Als ik later thuis ben, valt mijn oog op een artikel dat twee weken geleden in het Parool stond. De titel is ‘Overleven in de absurde wereld van kanker’. Het verhaal gaat over Jean Paul die vastliep nadat zijn zoon leukemie kreeg. Ik herken veel in zijn verhaal. Toch ging ik maar door. Ik heb me wel eens afgevraagd hoe het kan dat ik niet ben vastgelopen. Tot op de dag van vandaag heb ik het antwoord niet gevonden.