Vroeg op. Yvonne gaat naar het OLV in Breda. Ik blijf thuis om voor de kinderen te zorgen en dan met name Guusje. Gisteravond vergeten een brood uit de vriezer te halen. Al snel ruikt het naar geroosterd brood. Een heerlijke geur. Tot Hans brood roostert. Dan ruikt het naar brand.
Omdat ik niet zo bedreven ben in het borstelen van meidenhaar, neemt Yvonne dit voor haar rekening. Yvonne verzorgt de haren van Guusje en Loes. Ze heeft het vermoeden dat Guusje meer haren verliest dan anders. Zou het dan toch?
Guusje is moe. Ze heeft moeite met lopen. Na het ontbijt begeleid ik haar naar boven. Ze wankelt een beetje. Klaagt over haar voeten. Dit zou een bijwerking kunnen zijn van de chemo.
Ik help Guusje met aankleden. Ik vraag haar waarom er een extra pyjama op haar bed ligt. Krijg als antwoord dat het een jurk is. Ook in dameskleding ben ik niet zo bedreven.
Loes is de hele dag thuis in verband met een studiedag van leerkrachten van de basisschool. Erg vervelend voor mij. Ik heb nog allerlei papieren die ingevuld moeten worden. Gelukkig is Loes verslaafd aan televisiekijken. Kan ik ondertussen even lekker doorwerken. Ik heb een vraag voor Anja, moeder van Xena (blog: Xena vecht terug). Ik besluit contact te zoeken. Eerst via twitter en van daaruit telefonisch. Het motto van Anja is: het doel is overleven en de reis er naar toe zo prettig mogelijk te maken. Het is niet alleen een prettig gesprek. Het is ook een heel lang gesprek. Aan het einde van het gesprek sta ik voor de school om Guusje op te halen. Rolstoel in de ene hand. Telefoon in de andere.
Guusje is blij dat ik om 10 uur bij school ban. Ze voelt zich niet lekker. Hoe ga ik onze twee jongste dochters de rest van de ochtend vermaken? Guusje is ziek. Loes is druk. Geen geweldige combinatie. Ze komen gelukkig zelf met een idee. De meiden hebben een heleboel kaartjes met dieren van Albert Heijn. Geen idee hoe onze kinderen daaraan komen. We winkelen nooit bij Appie. De Jumbo zit om de hoek. Bij Albert Heijn kun je een verzamelboek kopen voor de dierenplaatjes. Een kwartier later staan we bij de balie. Graag een verzamelboek voor dierenplaatjes. Doe er maar twee. Voorkom ik ruzie tussen onze dochters. De rest van de ochtend is het rustig. Met dank aan Albert Heijn.
Aan het einde van de ochtend ligt Guusje in de bank. Ze heeft pijn. De verhoging van de pijnmedicatie heeft nog geen effect. Ik verwacht dat ze ook vanmiddag thuis zal blijven. Zit ik weer met onze twee jongste dochters opgescheept. De een ziek. De ander druk. Hoe ga ik dit oplossen?
We zijn circa vijf minuten aan het lunchen. Er zijn onverwacht twee fijne gebeurtenissen.
Guusje zegt plotseling dat ze zich goed voelt en vanmiddag naar school wil. Hoe kan dat nu? Tien minuten geleden klaagde ze nog over pijn.
Yvonne komt ineens binnenstappen. Ze is eerder naar huis gekomen van haar werk.
Dit zijn twee meevallers. Guusje voelt zich goed. Yvonne is thuis. Ik krijg ongelofelijk goede zin. Dat wordt nog eens extra versterkt door heerlijke muziek op de achtergrond: “Walk” van de Foo Fighters.
’s Middags gaat Guusje naar school. Yvonne gaat naar de supermarkt. Samen met Loes. Die begrijpt niet waarom mama bij Jumbo boodschappen doet. Daar hebben ze niet van die mooie plaatjes. Ik maak ondertussen een wandeling met onze hond Balou. Het is heerlijk in de bossen. De zomer begint.
Als ik thuis kom, staat er een koerier aan de deur. Een pakketje voor mij. De inhoud ervan houdt me de rest van de dag bezig. Ik ben tevreden over mijn aankoop. Ik kan nu weer filmpjes maken. Dat is lang geleden. Er zijn nou eenmaal beelden die je niet wilt missen voor later.
Aan het einde van de dag zit ik samen met Yvonne op de bank. Hoe ging het vandaag met Guusje? Vanmorgen moeite met lopen. Regelmatig pijn. Blij dat ze naar huis kon. Vanmiddag anders. Met plezier naar school. Wilde daarna nog gaan spelen met haar vriendin Ina. Vanavond rustig op de bank. Ging vrij snel slapen. We hebben haar niet meer gehoord. Zou de verhoging van de pijnmedicatie effect hebben? Niet te vroeg juichen.
Midzomernacht. Ik zit achter mijn laptop. Guusje roept door de babyfoon. Ik snel naar boven.
“Wat is er, meisje?”
“Keelpijn, papa. Mag ik een dropje?”