Een rustige zaterdagochtend. Om 11 uur naar de kapper. Als ik thuiskom, vertrekken we naar Tilburg. Guusje en Loes hebben zin in shoppen. Yvonne is toe aan nieuwe kleding.
In de ochtend heeft Yvonne contact gehad met Diane. Zij weet waar in Tilburg de parkeerplaatsen voor gehandicapten zijn. Die waar je gratis kunt parkeren. Na ons bezoek aan Amsterdam heb ik reacties gehad dat je met een parkeerkaart vaak gratis kunt parkeren. Ook in Amsterdam. Was het hannesen met ons kleine blonde meisje tussen Arena en Centraal Station afgelopen donderdag niet nodig geweest. De slechte vrijdag van Guusje is waarschijnlijk het gevolg van een veel te drukke donderdag in Amsterdam.
We parkeren vlakbij het Pieter Vreedeplein. Het voelt vreemd om geen gebruik te maken van de parkeergarage. Het is wel makkelijk. Nooit gedacht dat ik ooit gebruik zou maken van een parkeerplaats voor gehandicapten. Er is zoveel dat ik nooit had verwacht. Zeker de laatste maanden. Een opeenstapeling van nooit verwachte gebeurtenissen. Ervaringen die je niemand toewenst.
Yvonne, Guusje en Loes vermaken zich prima. Yvonne slaagt bij Esprit en Guusje en Loes bij Claire’s. Ik ben man. Kijk toe vanaf de zijlijn. Doe mijn best een beetje interesse te tonen. Daarna lunchen bij de Coffee Club. Op de terugweg naar de auto even langs bij de schoolcampus van de V&D. Inkopen doen voor het nieuwe schooljaar. Ondertussen is het weer gaan regenen. Een sombere grijze lucht. Ook vandaag geen zon.
Thuisgekomen is het rommelig in de keuken. Het ruikt lekker. Lisa is met vriendin Daniëlle koekjes aan het bakken. Yvonne geeft aan dat ze boodschappen wil doen voor het avondeten. Supermarkt Jumbo is vlakbij ons huis. Om de hoek. We gaan altijd te voet. Yvonne en ik willen even samen gaan. Guusje wil mee. Als ik aangeef geen zin te hebben om de rolstoel achter uit de auto te halen, roept Guusje dat ze wel gaat lopen. Dat is prima. Lichaamsbeweging is goed voor haar. Even later lopen we door de Jumbo. Guusje maakt grapjes. Ze heeft goede zin. Het valt me op dat ze erg krom loopt. In een zogenaamde pijnontlastende houding.
De rest van de dag ben ik vooral druk met apparatuur. Ik brand twee CD’s voor in de auto. Verandering van spijs doet eten. Al weken luister ik alleen maar naar Guus Meeuwis. Terwijl ik bezig ben, vraagt Lisa of het laatste album van Adele al beschikbaar is in iTunes. Deze wil ze graag op haar iPod. Laat ik nou toevallig net een CD’tje hebben gebrand van het laatste Album ‘21’.
Rond 21 uur kom ik naar beneden. Op TV zie ik de aftiteling van een film. Loes en Guusje gaan naar bed. Mooi gelakte nagels. Janneke heeft de keuken ingericht als nagelstudio. Wat een lucht. Gelukkig hebben we een afzuigkap.
Als de jongste twee naar bed gaan, is het een ouderwetse drukte in ons gezin. We gaan een spelletje doen. Even een muziekje opzetten. Ik heb een CD’tje gebrand met muziek uit de Top 40. Voor ieder wat wils. Bij het eerst nummer roept er al iemand: “Nee, niet dit liedje! Verschrikkelijk!” Ondertussen maakt iemand anders al danspassen.
Terwijl de nagelstudio wordt opgeruimd in de keuken en Kolonisten van Catan wordt klaargelegd in de woonkamer, loopt een gezinslid boos naar boven. Geïrriteerd omdat de laptop niet meer mag worden gebruikt. Dan maar naar bed. De rest van het gezin trekt er zich niks van aan. Als je lastig bent, kun je beter gaan slapen.
Kolonisten van Catan verloopt niet vlekkeloos. Tijdens het tweede spelletje stoot iemand een glas sinas om. Met handdoeken proberen we het spel van de ondergang te redden. Valt niet mee, want het spel is oud en heeft zijn beste tijd gehad.
De avond eindigt met een spelletje kaarten. We beginnen allemaal met evenveel geld. Ik verlies fors. Aan het eind van de avond ben ik blut. Ingemaakt door mijn kinderen en mijn vrouw. Blije gezichten kijken me aan. Ik vind het prima. Iemand moet de slachtofferrol op zich nemen. Laat ik dat vanavond maar zijn. Mijn kinderen voelen zich winnaars. Hebben mijn kinderen een goed gevoel, dan heb ik het ook. Af en toe laat ik mijn kinderen daarom winnen. Deed ik dat vanavond ook? Ik laat me daar maar niet over uit. Als ik zeg van wel, geloven ze me toch niet.