Ik herinner mij
een gesprek dat ik ooit ’s nachts had met verpleegkundige Marinka. Ik zat in de
put. De operatie van 5 mei was mislukt. De tumor kon niet worden verwijderd.
Guusje zou dood kunnen gaan. Toen stelde Marinka mij de vraag: ‘En zijn de
afgelopen tien jaar dan voor niets geweest?’ Marinka opende mijn ogen.
Een voorbeeld van
zaterdagavond. Janneke stelt voor om in het restaurant bij een lege stoel een
foto van Guusje te plaatsen. Doen we niet. De buitenwereld zou het vreemd
vinden. Niet gepast. Te confronterend. Voor ons gezin echter gewoon. Guusje
hoort bij ons. Ze behoudt haar plaats tussen Janneke, Lisa, Hans, Anton en
Loes. Ook nu ze dood is.
We slapen vandaag uit.
Ontbijten, bezoek aan de kinderboerderij, koffiedrinken in het restaurant en
een boek lezen. Om half 4 rijden we het vakantiepark af. Onderweg naar huis
stoppen we in Zeist. Via Twitter heb ik contact met Susanne. Zij heeft me in
contact gebracht met Joseph Oubelkas. Tijd voor een ‘live’ ontmoeting met haar.
De ontvangst is
gastvrij. Het is een gezellige drukte. Susanne en haar vriend hebben vijf
kinderen samen. Tijdens het eten blijkt dat ze mijn blog ontdekte, toen ik
begin juni begon met twitteren. Ze leeft al lang met ons mee. Ze begrijpt de
wereld van onzekerheid met een ernstig ziek kind. Leven tussen hoop en angst. Een
van haar dochters heeft zelfs een spreekbeurt gehouden over KanjerGuusje. Het
is 8 uur als we afscheid nemen. Morgen moeten onze kinderen weer naar school. Als
we wegrijden zegt Hans: ‘Ik had me een directeur van de belastingdienst toch
anders voorgesteld.’